lezing over Somalische piraten
Op 2 november 2011 organiseerde het alumninetwerk in de regio Rotterdam-Zeeland, samen met het Universiteitsfonds haar jaarlijkse Utrechtlezing. Dit jaar had de netwerkgroep gekozen voor een maritiem onderwerp, de strijd tegen vooral Somalische piraten. De locatie, het Maritiem museum in Rotterdam paste uiteraard uitstekend bij dit thema.
Na het welkomstwoord door het regiobestuur, gaf professor Henk Kummeling, decaan van de juridische faculteit, een beknopt overzicht van de ontwikkelingen binnen de Utrechtse universiteit, ook dit jaar weer de hoogstgenoteerde Nederlandse universiteit op de internationale ranglijsten. Met studenten uit 130 landen is Utrecht ook een internationaal georiënteerde universiteit. Het gaat om goed onderwijs en ook om excellent onderzoek. Steeds belangrijker wordt ook de samenwerking tussen overheid, universiteit en bedrijfsleven.
De Somalische piraten
Mevrouw Tineke Netelenbos, voorzitter van de Koninklijke Vereniging van Nederlandse reders gaf een overzicht van de schade die door de piraterij wordt aangericht. Het gaat om een aanzienlijk aantal schepen met diverse slachtoffers en ook om grote geldbedragen, die men via losgeld probeert te krijgen. Somalië heeft niet of nauwelijks een wettelijk gezag en functioneert niet als staat. Voor de internationale handel zijn veilige doorgaande routes van levensbelang. De reders willen bewapende beveiligers aan boord om het risico te beperken. Het Nederlandse ministerie van Defensie was daarin tot nog toe terughoudend, maar inmiddels varen ook andere westerse landen deze koers. In Nederland hebben inmiddels twee commissies ( ‘Voorhoeve’ en ‘de Wijkerslooth’) hierover geadviseerd en het is nu aan de politiek om snel te besluiten. Mevrouw Netelenbos vindt dat de politiek soms te stroperig en te traag handelt.
Professor Fred Soons, directeur van het Netherlands Institute for the law of the sea ( Nilos) benadert het onderwerp vanuit het gezichtspunt van het internationaal recht. In het zeerecht wordt onderscheid gemaakt tussen de open zee en de territoriale wateren. Omdat Somalië geen functionerende rechtsstaat is, wordt de fictie gehanteerd dat ook binnen de territoriale wateren mag worden ingegrepen, alsof dit met instemming van de Somalische regering gebeurt. Er mag zelfs aan land worden ingegrepen, bijvoorbeeld bij de plekken waar schepen uitvaren, met een mandaat van de VN Veiligheidsraad.
Het voor het gerecht brengen van piraten heeft volgens prof. Soons niet zo heel veel zin, omdat er voor elke gevangen piraat weer een andere klaarstaat. Hij ziet meer in een aanpak om de ‘bedrijfstak’ die piraterij heet om te buigen naar een minder nadelige vorm van nering. Gezien de enorme kosten van de piraterij heeft ook de internationale gemeenschap er belang bij om de piraterij te beëindigen.
Petra Drankier leidt namens het netwerk de discussie. Het ministerie van Defensie rekent voor de inzet van mariniers een bedrag, dat voor de reders niet op te brengen is. Het verhaal van Kniertje uit ‘Hoop van Zegen’ klopt echt niet meer. De reders willen oplossingen binnen de grenzen van de wet. Dat vraagt om doelmatig beleid van de Nederlandse overheid. Omvaren is geen goede optie, ook omdat er elders ook risico’s zijn.
Petra Drankier dankt ten slotte de beide inleiders voor hun levendige inbreng; hierna werd de bijeenkomst informeel afgesloten. Ook komend jaar zal de netwerkgroep activiteiten organiseren; suggesties zijn altijd welkom.
José van Rosmalen