Lennaert Nijgh, Stad van hout
Stad van hout, dat kan bij Lennaert Nijgh maar om een stad gaan: de meest literaire stad van Nederland. Bakermat van Lourens Jansz Coster, de vermeende uitvinder van de boekdrukkunst met zijn standbeeld op de Groote Markt, woonplaats van Nicolaas Beets (Hildebrand), later van Bomans en Mulisch, van Doeschka Meijsing, van Louis Ferron, van Nijgh, kortom Haarlem, de stad met de Haarlemmerhout en het aloude Spaarne. Als je dan Haarlem eens vergelijkt met Tilburg, kom ik bij Tilburg niet verder dan Kluun, misschien is Tilburg
dan ook wel de minst literaire stad van ons land. Hoe het ook zij, Lennaert Nijgh schreef niet alleen sterke liedteksten voor Boudewijn de Groot, Rob de Nijs en anderen, hij schreef ook columns en verhalen. In deze bundel zijn columns gebundeld die Nijgh eind jaren tachtig schreef voor het Haarlems Dagblad. Ze gaan over persoonlijke ervaringen met Haarlem als vaste context.
‘ Maar Haarlem is voor de Haarlemmers nog steeds de navel van de wereld, alles gebeurt in Haarlem : de boekdrukkunst uitvinden, het mooiste plein van Nederland hebben, de oudste krant ter wereld drukken. Wat niet hier gebeurt dat gebeurt eenvoudigweg helemaal niet.’
Lennaert Nijgh had geen gezonde leefstijl, hij dronk en rookte veel en was een echte nachtbraker, hij is niet echt oud geworden. In deze columns krijg je wat meer een beeld van hem, met zijn scherpe observaties van mensen en zijn soms wrange humor, waarbij hij zichzelf niet spaart. Een lezenswaardige bundel.
Trefwoorden: columns, Haarlem, jaren tachtig.