Misvormd

Hij ziet de gestalte van de vrouw nog voor zich. Jaren was zij zijn collega. Ooit vertrouwde hij haar en waardeerde hij haar, maar er kwamen eerst scheurtjes en later scheuren in de verstandhouding.

Pas veel later had hij door wat ze deed: ze pestte hem en treiterde hem, steeds gruwelijker en liefdelozer. Ze haatte haar werk met elke vezel van haar lijf en richtte haar gram op de man tegenover haar, omdat ze degenen die haar haat veroorzaakten niet aankon. Ze deed het onzichtbaar en ongrijpbaar, zodat andere collega’s het niet zagen of wilden zien.

Nu, dertig jaar later weet de man dat ze wreed en onuitsprekelijk laf heeft gehandeld. Hij voelt woede en verdriet: waarom liet hij het gebeuren?

José van Rosmalen,  2015