Jan Wolkers, Dominee met strooien hoed
Deze novelle speelt in het begin van de jaren dertig. Het gaat over een dagje naar het strand van het grote gezin Wolkers met de strenge vader en de meer toegeeflijke moeder. Jan en zijn broertjes halen kattenkwaad uit. Hij vangt hagedissen die het niet overleven. Op het strand zit ook hun dominee met een strooien hoed, dus een beetje in strandsfeer. In het verhaal schetst Wolkers de strengheid van het gereformeerde geloof, maar hij toont ook de liefdevolle kanten van met name de moeder, die veel moet schipperen tussen pa en de kinderen. Het is ook een portret van een groot gezin, zoals dat in die tijd vaak voorkwam. Zelf kwam ik in de jaren vijftig veel grote katholieke gezinnen tegen.