Oud zeer
Ik zie haar nog voor me
de laffe vrouw
die me dagelijks treiterde
in een noodgebouw
ergens in Rotterdam
Ze had ooit gestudeerd
las ook boeken
haar talenten wist ze volledig te verspelen
vastgelopen in een onwillig lijf
sleet ze haar dagen in wanhoop
Haar haat was onpeilbaar diep
ze wist zichzelf verloren
in een clan zonder integriteit
valsheid werd haar handelsmerk
ze voelde dat ze niets meer was
Een lege huls van volgevreten frustratie
verslaafd aan tabak en drank
zich voortslepend van huis naar werk
om te eindigen in eenzaamheid
de tol voor wat ze op haar geweten heeft.
Reactie plaatsen
Reacties