IJstijd
Witte vlakken schuiven
zware druppels vallen neer
als vertrapte blauwe druiven
als zwartgeblakerd teer
Het land is leeg en woest
kil en ijzingwekkend koud
bij dit geweld houd ik me koest
deze massa maakt me benauwd
De onderstroom is heftig
alle wijzers staan op rood
niemand is dapper of deftig
ieder vreest een stille dood
Je hart kan hier bevriezen
het bloed staat vrijwel stil
nu de laatste hoop verliezen
is wat het onheil wil
Hier heerst de taal van de leugen
glashard zijn de ruwe brokken
in het huis waar niets wil deugen
drinken de moedelozen hun laatste slokken
Wij vinden er onze ondergang
we voeren er de verloren strijd
we plakken onszelf achter het behang
van godverlaten vergetelheid
c José van Rosmalen
Reactie plaatsen
Reacties