Harry Mulisch, De ontdekking van Moskou
Je moet wel een groot schrijver zijn dan wel een overschatte schrijver als postuum een onvoltooid boek van je wordt uitgegeven. De uitgave van ‘de ontdekking van Moskou’ van Harry Mulisch vijf jaar na zijn dood is zeker gerechtvaardigd omdat het boek diverse sleutels bevat tot zijn werk. Hij kon duister en bijna onbegrijpelijk schrijven, maar ook helder en toegankelijk, zoals in de romans ‘Twee vrouwen’ en ‘De aanslag’. De ontdekking van Moskou bleef onvoltooid maar bood wel de basis voor ‘De aanslag’, Twee vrouwen’ en ‘De ontdekking van de hemel’. Het is een verhaal over een mislukte poging om Moskou te ontdekken, in hetzelfde jaar, 1492, dat Columbus Amerika ontdekte. Het is vooral ook een boek over het schrijven van een boek, over het schrijverschap. Diverse alter ego’s van Mulisch komen een bod. Voor dit boek las ik De dokter en het lichte meisje van Simon Vestdijk. De naam Simon komt als een van de auteurs in ‘De ontdekking van Moskou’ naar voren, een man van in de vijftig. Mulisch was bijna dertig jaar jonger dan Vestdijk en in zijn jonge jaren heeft hij hem ook ontmoet. Ik kom verder nergens tegen dat De dokter en het lichte meisje een inspiratiebron voor Mulisch zou zijn geweest, dat geldt wel voor ‘ De kelner en de levenden, de roman die invloed had op ‘Tussen hamer en aambeeld’. De nawoorden van Marita Mathijsen en Arnold Heumakers zijn zeer verhelderend.