Anton van Duinkerken, Het wereldorgel
Anton van Duinkerken maakte in 1929 een reeks gedichten, een kleine wereldgeschiedenis in poëzie. Het is een wereldgeschiedenis in zevenmijlslaarzen. Het begint bij Adam en Eva en de appel waar Adam in bijt, vervolgens heb je de broedermoord van Kain op Abel, de ark van Noach, David en Goliath, Jonas en de walvis. Steeds gaan er nieuwe poortjes open. Jezus komt op aarde. Floris de vijfde komt langs, van Oldenbarnevelt, Jeanne d’Arc, Columbus, tsaar Peter de Grote en ten slotte Napoleon..
Napoleon zegt:
Hoe zoude ik treuren om mijn keizerskroon
Ik volbracht mijn droom. De wereld werd mijn loon.
Zij nu der wereld loon mij ballingschap:
Geen einde is bitter of ‘t begin was schoon.
Totaal 24 poortjes met 34 tekeningen van Charles Eyck. Het is een bibliofiele uitgave uit 1931 van De Gemeenschap.