Gedichten 1940-1965 - Afbeelding 1

Kossmann groeide op in Rotterdam en maakte de verwoesting van de stad in de jaren veertig-vijfenveertig mee, net als zijn tweelingbroer, Ernst Kossmann, die hoogleraar geschiedenis was.
Begin jaren zeventig raakte Alfred gehandicapt door een auto-ongeluk. De gedichten spreken me aan, ze zijn vaak geestig en licht ironisch. Hieronder een gedicht over de oorlog dat beslist niet vrolijk is, maar dat ik wel indrukwekkend vind.

Het huis van onheil waar ik ‘s middags kwam
lag in een dode straat. Een scherpe kilte
drong door mijn kleren heen. ‘t Was stil, de stilte
van oorlog en van rouw in Rotterdam.

‘k Trad binnen in een smartelijk verhaal.
Het licht was winters. Om de tafel zaten,
gebogen, met verbijsterde gelaten,
zwijgende gasten aan het schrille maal.

En ik schaamde me dat ik geen traan verbeet
toen ik opeens dit leven zag gebeuren
als een tafereel, volmaakt van vorm en kleuren,
toen ik vergat hoe ik eronder leed.

 

 

zie ook: https://www.goodreads.com/book/show/58761816-gedichten-1940-1965