J. Coetzee, De Pool

 

Dit is een liefdesverhaal, maar wel een bijzonder en ongebruikelijk liefdesverhaal. Een oude Poolse pianist treedt op in Barcelona en wordt daar opgevangen door een vrouw van middelbare leeftijd, Beatrix. Zij stelt zich vriendelijk en correct op, zonder geflirt. Maar voor hem blijkt ze meer dan een voorbijgangster, hij wordt verliefd op haar. Zij houdt zijn avances af, maar deze houden haar toch bezig, al is ze niet eens kapot van zijn interpretatie van de muziek van de van oorsprong Poolse componist Chopin, die hij juist niet romantisch uitvoert. Het komt toch tot een nadere ontmoeting op Mallorca en een kortstondige verhouding. Daarna gaat ze niet meer op uitnodigingen zijnerzijds in. Zijn brieven en mails laat ze onbeantwoord. Totdat ze verneemt dat hij overleden is en er een doos met spullen voor haar is aangetroffen. Vol met gedichten voor haar geschreven, zijn muse. Ze voelt zich er verlegen onder. Ze verwijzen naar Dante en Beatrice. Ze laat ze vertalen en probeert er een sleutel in te vinden. Ze zijn in ieder geval niet haatdragend. Het is een goed geschreven, korte roman. Coetzee weet een niet zo geloofwaardig gegeven zodanig te behandelen dat je het als lezer toch acceptabel vindt. Ik moet bij het lezen ook denken aan de diversiteit van Europa. Het Spaans en het Pools, Spanje en Polen, zo verschillend, zo lastig te overbruggen, zoveel risico op kortsluiting. En dan toch, het eindigt met respect, het niet toegeven aan onverschilligheid.