Rob Nieuwenhuys, In de schommelstoel
Rob Nieuwenhuys heeft zich zeer verdienstelijk gemaakt door de Nederlands Indische literatuur voor het Nederlandse publiek toegankelijk te maken, onder meer met zijn Oost Indische spiegel. In deze bundel zijn veertien verhalen opgenomen, uit de periode 1870 tot 1935. De opgenomen schrijvers zijn Carel van Nievelt, F.C. Wilsen, Maurits ( P.A. Daum), Robert Vorstman, Bastiaan Veth, Otto Knaap, Creusesol, Kartini, Louis Couperus, Augusta de Wit, Marie van Zeggelen, Jan Prins, Alexander Cohen en Marjon Szekely Lulofs. Sommige van de auteurs zijn nu vergeten, Couperus wordt nog altijd gelezen. Hij schreef een verhaal met jeugdherinneringen van zijn vrouw en hemzelf. Sommige verhalen zijn romantisch, andere zijn kritisch over het Nederlandse kolonialisme. Een voorbeeld hiervan is het verhaal Roeki, de contractkoelie. Formeel geen slavernij maar wel een tweederangspositie. Hij werd gestraft wegens weglopen en gedwongen een valse getuigenis af te leggen over een moord, waarvoor een man vijftien jaar straf kreeg terwijl een ander de vermoedelijke dader was. De verhalen zijn divers, maar alle goed leesbaar.