In deze bundel staan 63 gedichten, gekozen door Haagse politici, met een nawoord van parlementair journalist Ton Planken. De bundel is uitgebracht in 1986 als speciale uitgave van Vroom en Dreesmann. Poeziekenner Ernst van Altena schrijft een toelichting op de keuze. Politici zijn niet per definitie poëziekenners, maar de keuzes die ze maken zijn vaak wel kenmerkend.

Ik citeer de keuze van Hans van Mierlo, een van de oprichters van D 66.
Wanneer alles diep van binnen pijn doet
en je alleen, tegenover je eigen beeld,
ziet dat het vervormd is door onbekende spiegels
wanneer de dingen voor je schaduwen wijken
wanneer je woord dat van een ander lijkt
en je hartslag uit je lichaam vlucht
wanneer je handen ver van je weg zijn
en je de afdruk van je voeten niet herkent
wanneer je het gezicht dat nadert bent vergeten
wanneer je niets meer waarneemt dan dode buitenkanten
ga dan
als de zalm
tegen de stroom in
met alle razernij van je woede
Wanhoop niet
het water zal de stenen breken.

Kortom, durf tegendraads te zijn, het karakteristieke geluid van Hans van Mierlo.