Aan Amsterdamse Achtergracht achtentachtig at attractieve achtentwintigjarige Anneke Alderliesten argeloos alsmaar aardbeien.

Afstotelijke achtenvijftigjarige Amsterdammertjes  Arend Aasgraag acteerde anoniem aan achterkant aanbouw, als achterhaalde aanbiddende adolescent. Achterbakse appelflap adoreerde appetijtelijke amazones, als altijd afschuwelijk aanhalig. Aanzwellende aandrang achtervolgde alcoholische Arend alweer.

Arme Anneke achter aluminium aanrecht, aandoenlijk aan afwas. Asociale aandachtsrukker aan achterdeur, Anneke ’s achterwerk aanstarend.
Alarm: Anneke ’s antenne actief. Afstotende achtervolger aan achterzijde, aftastend aaiend aan aanwakkerend apparaat.

Antigeile Anneke aanschouwde Arend’s aftrekbewegingen. Alle aandacht! ‘Amusant Arend, aangeschoten aardappel, afgrijselijke angsthaas, akelige afstandsneuker, afgeschreven asperge, afwijkende abrikoos, aftandse azijnzeikerd.’

‘Alles Anneke’.‘ Achterlijke aap, armzalig aftrekse, afgunstige aandachtsjunk, afhangend achterwerk, afgeroomde armoedzaaier, afgedane ambtenaar, afluisterende aalmoezenier, afgedwaalde aartsbisschop, afgemeten aanhangsel.’

‘Aaahhh, Anneke, aaahh, aaahh, alweer.’

‘Achthonderd Arend!‘

‘Alstublieft.’

 

zie ook: http://120w.nl/2014/ ./