W.F. Hermans, Ik draag geen helm met vederbos

 

image

 

Naast romans en verhalen schreef Hermans ook veel beschouwelijk proza. In deze bundel staan stukken die hij eind jaren zeventig schreef, toen hij in Parijs woonde en zo nu en dan in Nederland kwam. In deze bundel leren we Hermans kennen via zijn belangstelling voor culturele, literaire en maatschappelijke onderwerpen. Hij kende veel Nederlandse en Franse literatuur. Zo verdiept hij zich in de dichter Gerrit Achterberg, het werk van Slauerhoff, een van zijn jeugdfavorieten, in de schrijver Bordewijk, die hij persoonlijk leerde kennen. Ook schrijft hij over Celine en Hamsun die magistrale romans schreven maar in de oorlog de zijde van het nazisme kozen. Hermans beschrijft ook de koloniale wreedheden van Fransen in Afrika, waar het ging om massale moordpartijen. Er staan ook lichtvoetige stukken in de bundel, over filmsterren bijvoorbeeld. Het boek is geïllustreerd met veel foto’s, want Hermans hield van fotografie. De bundel heeft alles bijeen ook 45 jaar na verschijnen genoeg te bieden. Het meeste is niet verouderd.