F.B. Hotz, De vertekening
Frits Hotz publiceerde de roman ‘de vertekening’ in 1991. Hij was toen vooral bekend van verhalenbundels zoals ‘Proefspel’ en ‘Ernstvuurwerk’. De roman speelt grotendeels in de jaren zestig. Een concrete aanwijzing daarvoor is dat de hoofdpersoon, Lucas, op een zondagmiddag in het museum Boymans in Rotterdam een tentoonstelling over Kurt Schwitters bezocht. Die tentoonstelling vond plaats in 1964. Lucas is kunstschilder en hij is getrouwd met de uit Tsjechië afkomstige Vera. Het huwelijk staat onder druk omdat Vera een min of meer openlijke relatie heeft met ene ‘De V’, ook wel ‘De vijand’ genoemd. Lucas en Vera hebben samen een dochtertje dat vaak door Vera’s moeder wordt opgevangen. Lucas is geobsedeerd door de Eerste Wereldoorlog, ook wel bekend als de loopgravenoorlog. Deze loopgravenoorlog is tevens een beeldspraak voor het vastgelopen huwelijk. Het boek is goed geschreven en ook goed toegankelijk. Het is niet een puzzel om te snappen wat er staat. Het slot van het boek biedt nog veel vaart en actie. Het is tevens een terugblik vanuit later perspectief op het dan al lang voorbije huwelijk. Ook de relatie met ‘De V’ heeft dan geen stand gehouden. Vera woont weer in Tsjechië en haar moeder met kleindochter in Den Haag waar Lucas hen nog wel eens opzoekt. De loopgravenoorlog interesseert hem dan niet meer. Deze roman heeft ongetwijfeld autobiografische elementen. Na een kort huwelijk scheidde Hotz en hij leefde daarna nogal eenzelvig, mede door zijn ernstige slechtziendheid. De titel ‘de vertekening’ slaat op het werk van Lucas als tekenaar en schilder, die de wereld ‘vertekent’, dus vervormt, zoals een schrijver die verbeeldt.
Hotz had zelf een achtergrond als jazzmuzikant alvorens hij als schrijver debuteerde. Zijn stijl en compositievermogen zijn van hoge kwaliteit.