Het bankje
Ik zie de mannen van tachtig
stoer willen ze nog zijn
zo verdringen zij hun pijn
wanen zich toch machtig
Zij schuilen bij elkaar
bij het bankje op de hoek
eentje slaakt een vloek
de ander rookt sigaar
Daar loopt een jonge meid
de blikken buigen mee
vol vergane viriliteit
Zo verglijdt hier de tijd
tot in de eeuwige zee
van de vergetelheid
Reactie plaatsen
Reacties