Neel Doff, Keetje Tippel
Neel Doff, Keetje Tippel
Neel Doff groeide op in Amsterdam en woonde later in Antwerpen en Brussel. Als kind in Amsterdam in de jaren zestig van de negentiende eeuw leefde zij in een nu bijna onvoorstelbare armoede, met honger en vervuiling. Als jong meisje werkte ze van af haar tiende als loopmeisje en ook in de prostitutie. Als loopmeisje werd ze ook wel eens verkracht door de baas van het bedrijf. Op latere leeftijd ontsnapte ze aan dit milieu, ze werkte als model voor schilders, ging boeken lezen en rond haar vijftigste ook zelf schrijven. Ze bleek een groot talent. Ze schreef haar verhalen in het Frans. Wim Zaal vertaalde deze verhalen en maakte een selectie voor de bundel Keetje Tippel die in de jaren zeventig van de twintigste eeuw in Nederland populair werd, mede door de film van Paul Verhoeven. In het boek staan de verhalen in min of meer chronologische volgorde. Ze zijn vaak schrijnend en ook ontroerend en bovenal ook goed geschreven. Neel Doff leerde in haar latere leven luxe kennen en ook waarderen, maar wist ook waar ze vandaan kwam, de stinkende stegen in Amsterdam, het volledig ontbreken van privacy, het ongezonde leven. Ze probeert een kind van haar broer een beter leven te geven, maar dat mislukt jammerlijk. Mede dankzij haar echtgenoot leert ze geschiedenis, aardrijkskunde en haar talen. Het leven en werk van Neel Doff geven enerzijds een beeld van de grote invloed van het milieu waaruit je voortkomt, maar anderzijds juist ook het beeld dat die invloed niet allesoverheersend hoeft te zijn, dat je er aan kunt ontsnappen, hier en daar geholpen door het toeval dat je bepaalde mensen op je levenspad tegenkomt. En ze had het voordeel dat ze ‘een mooie meid’ was, die als het er op aan kwam niet met zich liet sollen. Het boek is zeer goed leesbaar, al speelt het in een periode van anderhalve eeuw geleden. Je krijgt door het lezen ook wat meer inzicht in het leven in een grote stad in die tijd.