Dagboek 1944, Hans Keilson

 

Hans Keilson - Dagboek 1944

De op hoge leeftijd herontdekte schrijver- psychiater Hans Keilson schreef in 1944 een dagboek, dat in 2014, na zijn dood op ruim honderdjarige leeftijd, in het Duits en het Nederlands is uitgebracht.

Keilson was in 1944  vijfendertig jaar en kon vanwege zijn onderduik in Delft niet als arts functioneren. Het dagboek is vol van zelfbeschouwing en kritische analyse. Hij spaart anderen en zichzelf niet. Hij is getrouwd en vader van een jonge dochter en heeft ook een intieme verhouding met een jonge vrouw, een meisje nog. Uiteindelijk kiest hij voor vrouw en dochter, maar dat gaat niet zonder slag of stoot.

Bij het jaar 1944 in west Nederland heb ik het beeld van honger en voor wat betreft de joden, het voortdurende risico op opgepakt worden en naar Westerbork en verder te worden gestuurd. Keilson was zich daar ook al wel van bewust, maar het speelt in dit dagboek slechts een rol op de achtergrond. Zijn liefdesleven en zijn belangstelling voor literatuur houden hem meer bezig.

Een voor mij opvallende passage gaat over de dichter Gerrit Achterberg,  die Keilson heeft meegemaakt in een psychiatrische inrichting,  waarin hij terecht was gekomen vanwege de moord op de zestienjarige dochter van zijn hospita in Utrecht.

Achterberg was kennelijk niet in staat tot wezenlijk schuldgevoel. Hij vond het voldoende om te zeggen dat ‘hij er toch vijf gedichten over had geschreven.’ Alsof hij daarmee het meisje tot leven wekte.

Bij Keilson proef je wel schuldgevoel over zijn dubbele verhouding en zijn neiging dat lang op zijn beloop te laten.

Het boek is waarschijnlijk niet geschreven om uitgegeven te worden. Wat je er uit kunt lezen is dat het leven op het moment zelf toch anders in elkaar stak en anders kon worden ervaren dan je volgens het inmiddels ingesleten beeld van het laatste oorlogsjaar zou denken.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.