Kunnen kiezen, een basisrecht in de gezondheidszorg
Ik draag orthopedische schoenen. Deze worden grotendeels door mijn ziektekostenverzekeraar vergoed. De schoenen worden voorgeschreven door een revalidatiearts en uiteraard gemaakt door een orthopedisch schoenmaker.
Het maken van goede orthopedische schoenen is vakwerk. Het luistert nauw of schoenen goed zitten en prettig lopen. Ik heb hier inmiddels tientallen jaren ervaring mee en ik weet vanuit die ervaring wat er goed en wat er mis kan gaan.
Een aantal jaar geleden vertrok bij de orthopedische schoenmaker waar ik toen klant was de mij vertrouwde schoenmaker. Over hem had ik nooit klachten. Toen zijn vervanger kwam liep het niet goed meer. Na het meten van mijn voeten en het maken van een gipsafdruk kreeg ik nieuwe schoenen. In mijn geval kun je beter van laarzen spreken, omdat ze bijna veertig centimeter hoog zijn. Die schoenen knelden en veroorzaakten ook wondjes aan mijn voeten en onderbenen. Ik kreeg pijn en een geïrriteerde huid. De voeten zwollen op en mijn huisarts constateerde wondroos. Zo kon ik niet verder. De schoenmaker wilde geen nieuwe schoenen maken en dacht de schoenen nog te kunnen aanpassen. Ik had daar een hard hoofd in. Ik had het gevoel dat hij mijn klachten niet serieus nam en ook irritant vond. In aanwezigheid van de revalidatiearts probeerde hij zich tijdens het spreekuur met dure woorden deskundig voor te doen. Zo had hij het niet over de zijkant van de voet, maar over de laterale zijde.
Na een jaar vol negatieve ervaringen was voor mij de maat vol. Overleg met de schoenmaker hielp niet meer. Toen heb ik contact opgenomen met mijn revalidatiearts. Zij respecteerde mijn afwegingen en adviseerde mij om van schoenmaker te veranderen. Van die verandering heb ik geen moment spijt gehad, want ik heb nu al jaren geen klachten meer. Bovendien verloopt de communicatie nu plezierig. Als ik een keer een probleem heb, wordt daar serieus naar geluisterd.
Ik denk dat wat ik heb ervaren vaker voorkomt. Je hebt ervaringen met een hulpverlener of dienstverlener en je hebt het gevoel dat het niet goed gaat. Je kunt dan geneigd zijn om de fout bij jezelf te zoeken en daarmee blijf je in feite met het probleem zitten. De hulp- of dienstverlener heeft er immers belang bij om niet bij zichzelf te rade te gaan. Hij of zij kan bevreesd zijn voor zijn reputatie en wil dan zijn schild van ‘professionele deskundigheid’ niet graag afleggen.
In zo’n geval is het belangrijk dat je een alternatief hebt of kunt vinden en ook iemand die je daarbij goed kan adviseren. In mijn geval was dat de revalidatiearts, die het belang van de patiënt zwaarder vond wegen dan het belang van de dienstverlener.
Kunnen kiezen vind ik een basisrecht in de gezondheidszorg en de maatschappelijke dienstverlening. Je moet in ieder geval geen hulp of dienst krijgen, waar je meer last dan lust van hebt. Goede ondersteuning op het juiste moment is daarbij van veel waarde.
Reactie plaatsen
Reacties